Kuilvoerbalen lonen de moeite
Kuilvoer is inmiddels niet meer weg te denken uit de moderne landbouw. Wat enkele eeuwen geleden in ons gebied nog voor een groot deel volledig onbekend was, is tegenwoordig heel gewoon. Maar wat velen niet weten, is dat kuilvoer een heel lange geschiedenis heeft.
Een duik in de geschiedenis van het kuilvoer
De term "silo" is afgeleid van het Griekse woord "siros" dat oorspronkelijk een ondergrondse luchtdichte voederopslag aanduid.
Al waarschijnlijk 7000 v. Chr. werd graan in een dergelijke opslag bewaard. Bij opgravingen werden in Egypte en Carthago bovendien silo's gevonden die ca. 1000-1500 v. Chr. werden gebruikt.
Vanaf de 19e eeuw waren er telkens weer pogingen en ontwikkelingen van nieuwe methoden die echter vaak niet zo verliepen als gehoopt.
In 1877 publiceerde dan een Franse boer het eerste handboek over het onderwerp kuilvoer. Vooral in Engeland, Ierland en Scandinavië ontwikkeld de kuilvoertechniek zich vanaf de jaren '20 verder. Pas aan het eind van de jaren '80 werden in Oostenrijk de eerste ronde balen van graskuilvoer geproduceerd. Over deze methode was men daar echter nog vrij sceptisch, maar meer en meer werd duidelijk en ook wetenschappelijk bewezen dat het daaruit gewonnen voer een zeer hoge voedingswaarde en voerkwaliteit heeft. Zodoende overwogen veel bedrijven om van het aflopende hoogsilosysteem op kuilvoerbalen of ook sleufsilo's over te stappen.
Soorten kuilvoer en hun voor- en nadelen
De waarschijnlijk meest bekende inkuilmethoden zijn kuilvoerbalen, de sleufsilo, de graskuil en het aflopende hoogsilosysteem. De juiste methode hangt af van vele factoren, zoals bv. gebied en bedrijfsgrootte.
Sleufsilo en graskuil
Juist bij grote bedrijven zijn de sleufsilo en de graskuil nog steeds heel populair. Deze varianten kunnen in principe ook heel economisch sein, brengen echter ook enkele nadelen met zich mee.
Voor het bouwen van dergelijke silo's zijn grote investeringen nodig. Bovendien is het belangrijk om al bij het bouwen een zinvolle maatstaf voor de grootte te bepalen. Deze hangt echter af van het aantal te voeren dieren en hierbij moet ook rekening worden gehouden met toekomstige ontwikkeling.
Verder moet worden gedacht aan: welk voer ga ik gebruiken? Hoe groot zijn mijn dagelijkse voerrantsoenen? Hoeveel voederdagen heb ik per jaar?
Als niet grondig over al deze factoren wordt nagedacht, kan het gebeuren dat sleufsilo's niet vol genoeg worden en het gistingsproces daarom niet goed kan plaatsvinden. Bij het uitkuilen kan er sneller nagisting ontstaan en er zijn grote verliezen van voedingsstoffen mogelijk.
Kuilvoerbalen
Voor vele pluspunten zorgt met zekerheid de verwerking van het voer tot kuilvoerbalen. De voedereenheden zijn bij goede en vakkundige inkuilpraktijken van hoge kwaliteit en handig in afmeting.
Hierbij hoeft men in vergelijking tot het sleufsilo niet bang te zijn voor verlies van voedingsstoffen door het openen van het ingekuilde voer, omdat kuilvoerbalen snel zijn verbruikt en zo het nagisten qua tijd nauwelijks mogelijk is.
Vooral ook in bergachtige gebieden kunnen de voordelen van de kuilvoerbaal goed worden benut. Door de grote flexibiliteit van de methode kan er op verschillende rijpheidsdata en kwaliteiten worden gereageerd en dan pas worden ingekuild als het meest geschikte moment is gekomen. Hierdoor kunnen ook kleinere oogsthoeveelheden veilig worden ingekuild.
Ook de opslag is heel eenvoudig. Hiervoor zijn geen bouwwerken nodig, maar enkel en alleen een stevige, schone ondergrond.
Ook de eenvoudige handhaving van kuilvoerbalen is een pluspunt. Als afgesloten gistingskuip kunnen kuilvoerbalen makkelijk worden gehanteerd en ook worden getransporteerd.
Bent u geïnteresseerd in kuilvoerbalen?
Nu producten rondom de verwerking van kuilvoer ontdekken
Uw persoonlijke contactpersoon adviseert u graag over het onderwerp: